Geert Van Lerberghe is directeur van Vinum Et Spiritus, de Belgische sectorfederatie van wijn en gedistilleerde drank

De voorbije weken is het debat rond verantwoord alcoholgebruik weer stevig opgeflakkerd. Tournée Minérale deed ons voor de zesde keer stilstaan bij onze consumptie, de gevolgen van overmatig alcoholgebruik en de voordelen van een alcoholstop. Terecht, voor een product dat door 82% van de Belgen geconsumeerd wordt, is niets zo belangrijk als een goede voorlichting. Toch laat deze recente editie een lichte kater na bij onze beroepsfederatie Vinum Et Spiritus, want waar we zouden moeten samenwerken om tot een stevig preventiebeleid te komen, werd ook nu weer vooral gepolariseerd.

Onze inzet om de leeftijdsgrens voor alle alcohol tot 18 jaar op te trekken, werd de voorbije maand door sommigen weggezet als een perverse poging van de alcoholsector om jongeren meteen aan de sterkedrank te krijgen. We zouden geen onderscheid meer maken tussen sterke en minder sterke alcohol, uit louter economische winstbelangen. Nochtans weten we intussen al goed dat geen enkele alcoholsoort intrinsiek gevaarlijker of veiliger is dan een andere. Elke standaardeenheid bier, wijn of sterkedrank bevat een gelijke hoeveelheid pure alcohol. Alcohol = alcohol = alcohol, hier is zelfs het VAD het mee eens. En net daarom is het gelijktrekken van de minimumleeftijd tot 18 jaar een belangrijk engagement van onze sector, het vereenvoudigen van de regels draagt bij tot het beter respecteren ervan.

Ook inzake reclame zet onze sector zich al jarenlang in voor een betere bescherming van jongeren. Denk maar aan het alcoholconvenant dat reeds in 2005 werd opgesteld en de vrijwillige zelfregulatie van de sector inzake reclame en marketing op alcoholhoudende dranken waarborgt. Hierin werd in 2013 een verbod opgenomen op alcoholmarketing die gericht is op minderjarigen. Onze federatie pleit dan ook voor een uitbreiding van het convenant waarmee alcoholreclame op social media en het internet aan banden wordt gelegd, met een focus op reclame die verspreid wordt via influencers met een voornamelijk jong publiek.

De federale en deelstaatregeringen willen deze legislatuur tot een interfederaal alcoholplan komen. En hoewel we op veel punten op dezelfde lijn zitten als de experten en zelfs de regeringen, worden onze inspanningen en onze oproep tot dialoog door sommigen jammer genoeg systematisch weggezet als opportunisme en puur zelfbehoud. Ja, wij zien onze producten in de eerste plaats als het resultaat van een vaak jarenlange traditie, van passie en vakmanschap. Dat maakt ons echter niet blind voor de reële risico’s die verbonden zijn met het drinken van alcohol, want niemand is gebaat bij alcoholmisbruik, niet de consument, maar zeker ook niet de producent.

Geslaagde samenwerkingen met de alcoholsector op het vlak van preventie zijn trouwens vlak bij de deur te vinden: kijk maar naar het Nationaal Preventieakkoord in Nederland dat door meer dan 70 partners ondertekend werd, van onderwijs over horeca tot werkgevers. En ook door de STIVA (Stichting Verantwoorde Alcoholconsumptie), die dankzij de samenwerking tussen producenten en importeurs van bier, wijn en gedistilleerde drank een actieve en zinvolle bijdrage levert aan preventie. Net daarom moet er worden ingezet op een preventiebeleid waarbij alle stakeholders betrokken worden. Laten we dit moment dan ook aangrijpen om met alle betrokkenen een breed gedragen aanpak tegen alcoholmisbruik uit te werken in een alcoholplan dat deze keer hopelijk wel het daglicht mag zien.